Pan(or)ama

2 januari 2016 - Bocas del Toro, Panama

Vanwege enorm veel onbegaanbare jungle is reizen van Colombia naar Panama over land geen optie. Blijft over: vliegen of varen. Hoewel er een goede reden is waarom ik het schommelschip in pretparken standaard oversla leek het me toch een leuk plan om deze etappe zeilend af te leggen. Duurt vijf dagen langer dan vliegen, maar dan heb je ook wat. Om te beginnen: heul veel water! Twee dagen en nachten op open zee, met als voornaamste bezigheden: naar de golven staren, dutjes doen en pillen tegen zeeziekte slikken. En naar muziek luisteren; de kapitein hield nogal van (rock)klassiekers, dus ik heb dit jaar toch mijn Top 2000 gehad! Enige afwisseling in dit enerverende programma werd geboden door een kort bezoekje aan het dorpje Capurganá, waar we onze exit-stempels voor Colombia moesten halen, en door een kudde dolfijnen die ons vol enthousiasme begeleidde over de onzichtbare grensovergang, even verderop. 
Maar dan de reden waarom deze omweg zo de moeite waard is (niet dat eindeloos dutten geen prima reden is natuurlijk): de San Blas archipel. Zo'n 300 meestal onbewoonde eilandjes, vaak niet veel meer dan een flinke zandbank met een lading palmbomen, omgeven door kristalhelder water. Me gusta! Ik hou ervan! Hier was het drie dagen genieten van zon, zee en strand, hier was het écht even vakantie (want ja, reizen = werken). Hoewel het leven op de boot er niet veel minder primitief op werd - we moesten bijvoorbeeld nog steeds douchen door ingezeept en al in zee te springen - is een boot die een soort van stil ligt best een aardig verblijf, waar genoeg op en rond te doen valt. Helaas was snorkelen door de sterke stroming geen groot succes, maar drie dagen zwemmen, kayaken, zonnen, eiland verkennen, lezen en verse vis & kreeft eten verveelt heus niet snel. Ik denk niet dat ik jullie daarvan met foto's hoef te overtuigen, maar om ook het beeldverslag compleet te houden zal ik er toch wat plaatsen... ;-)

Na de derde dag in het vakantieparadijs was het tijd om het laatste stuk open zee te overbruggen. Dat deden we natuurlijk weer 's nachts, want dat is efficiënt... denk ik. Iets met het idee van "dan slaapt men toch"... denk ik. Wat natuurlijk hartstikke leuk bedacht is als het niet zou stormen en de boot dus niet urenlang op z'n kant gaat en mij door mijn cabine laat rollen en in mijn broek doet schijten. Maar goed, om Ramses te quoten: "...maar we leven nog (7x), dus niet zeuren!"

Plaats van aankomst was Portobelo; ooit, 400 jaar terug, de belangrijkste haven van Centraal Amerika, nu vergane glorie waar niks te doen is. Behalve dan het papierwerk rond immigrations regelen, wat door allerlei (corrupte) toestanden 1,5 dag duurde en waarvoor we o.a. heen en weer moesten naar de stad Colón, veertig kilometer verderop. Colón en alle tussenliggende dorpen maakten nog minder indruk dan Portobelo, tenzij een negatieve indruk ook telt. Het leek wel of alles hier op het vaste land met duct tape bij elkaar gehouden werd... Hoe dan ook, na eindeloos lang wachten (zolang dat ik voor het eerst in mijn leven een rubix kubus heb opgelost) (nou ja, één kant tegelijk) (ik denk dat ie stuk was) kreeg ik mijn paspoort incl. stempel terug en kon ik in de gammele bus naar Panama City stappen: van de Caribbean weer (tijdelijk) terug naar de Pacific, je zou er toch het heen en weer van krijgen. 

In Panama City was het heet! Hoewel de stad gedeeltelijk modern is, denk wolkenkrabbers enzo, heeft het ook een oud centrum, maar deze keer eentje die me niet echt wist te charmeren - daar was de duct tape weer. Een bezoek aan het Panama Kanaal, met z'n technische hoogstandjes en enorme schepen, was dan wel weer geinig. Mijn laatste dag in de stad was het kerst, maar dat bleek niet noemenswaardig; alles was dicht en het was nog steeds heet. 

Acht uur verderop ligt het kleine (en voor velen helaas ook bekende) bergdorpje Boquete, waar het om één of andere vage reden níet heet is. Hier had ik voor het eerst in ruim vijf weken een warme douche! Behalve daar elke dag (langdurig) van te genieten, heb ik onder meer de beruchte maar daardoor niet minder mooie Pianista trekking gedaan, in goed gezelschap van gids Feliciano en een schele huskey. Vanaf de top kun je beide oceanen zien, maar je kunt ook heel veel wolken zien en die mazzel had ik. Na de lunch (twee taartjes per persoon, want we hadden meer dan genoeg calorieën verbrand) ruilden we de huskey in voor een zootje Zwitsers, om vervolgens met z'n allen naar de hotsprings te gaan; yep, naast een warme douche ook nog eens een warm bad (45°C)! Bijzonder aan deze hotsprings was dat er behalve een aantal gewone 'badjes' ook op diverse plekken warm-water bronnen in de naastgelegen rivier zijn. Door kleine dammetjes is het een waar wellness centrum geworden met dan weer een warm en dan weer een koud badje. Superrelaxed!

De laatste dagen hier in Panama zit ik opnieuw aan de Caribische kust, op Bastimentos, één van de eilanden van Bocas del Toro. Hier ben ik, tussen twee tropische buien door, feestend het nieuwe jaar ingegaan. En ook hier is het leven relaxed, al bracht 1 januari me weinig geluk; wakker geworden met gereactiveerde bedbugbites (die blijken als een soort allergische reactie steeds weer terug te kunnen komen - hoe oneerlijk!), handdoek in zee gewaaid en met m'n blote voeten in een mierennest gaan staan - een goed begin is het halve werk, zullen we maar zeggen. Ik kan er niet meer van maken, ook dit verhaal eindigt met jeuk... 
Snel maar door dan, met de aankomende plannen. Morgen weer een grens over: Costa Rica is aan de beurt! Het wordt een flitsbezoekje (tussen de flitskikkers?), want over twee weken komen Lidy, mijn moeder dus, en Walther naar Nicaragua voor een gezamenlijk tripje - wel zo handig als ik daar dan zelf ook ben natuurlijk! Maar nu dus eerst op naar de bananenrepubliek, op naar heel veel flora & fauna... met vast ook weer heel veel nieuwe prikbeestjes!

'till next time. Liefs, Marit

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl

Foto’s